Herma droomt van petit fours

We zijn bij een grote landelijke zorgverlener. Herma komt de coachsalon binnen. Eind veertig, enigszins tam en met een knalgele blouse met kleurrijke vogels….

M: Hi Herma, ben jij net zo vrolijk als jouw blouse?
H: [mat, nasaal] Nou, ik zie wel wat er komt….in mijn leven is niet alles zo vrolijk moet ik zeggen.
M: [vrolijk] Ah, fijn, dus meerdere problemen lijkt me toch?
H: Ja, in mijn leven is lang niet alles positief….
M: Top! Weet je wat?!. We doen het grootste probleem, dus niet de huis-tuin-en-keuken probleempjes. Die los je zelf maar op…
H: [verbaasd] Het grootste probleem? Dat is moeilijk te zeggen, ik heb er genoeg. Welke zal ik doen…..lastig. Voordat ik binnenkwam had ik besloten het te hebben over mijn puberzoon.
M: Zou je dat wel doen? Ik merk dat je nogal twijfelt…..
H: Nee, ja…nou nee. Ik doe toch mijn puberzoon!
A: Mooi! Lekker concreet ben je!!
H: Mijn puberzoon Erik is nogal lui.
M: Uiteraard….wat is het probleem dan? Alle pubers zijn lui.
H: Mijn omgang met hem is gewoon lastig.
A: [herhaalt] Mijn omgang met hem is gewoon lastig. Jij bent wel lekker duidelijk Herma! Wat is concreet het probleem?!
H: Ik vind het loslaten ontzettend moeilijk.
M: Dat is juist fantastisch, dat laat zien dat je heel veel van hem houdt en hem niet wil laten gaan. Je bent een geweldige moeder!
H: [glimlach, lief] Ja, dat is wel zo, maar hij doet niets! Hij ligt lang in bed, doet voor tweede keer vier VWO, heeft ADHD en doet jaren niets….
M: Typisch voor een puber…wat is het probleem?
H: [geagiteerd] Ik maak me heel erg boos, het gaat tegen mijn normen en waarden in!
A: [luid, bozig]Hij is dus gewoon aartslui! Wat een verschrikkelijke puber zeg….die gaat tegen de normen en waarden van zijn mama in. Ik sta helemaal aan jou kant, HUP HERMA!
H: Nou….ja….zoiets
M: Typische puber toch? Had jij ook vroeger lijkt me…
H: [zacht] Ja, nou, dat is wel zo…..maar mijn moeder haalde me gewoon uit bed!
A: Wat een vreselijke moeder!
H: [lacht] Ja, dat dacht ik toen ook.
M: Dus hij heeft dat luie gewoon van jou! Dat had jij ook. Iets met een appel en een boom…
H: [lacht hard] Nou, dat heb ik ook inderdaad! Maar ik heb het toegedekt met allerlei sociaal wenselijk gedrag. Ik ben een braaf type.
M: Dus eigenlijk doet Erik wat jij ook had gewild! Hij durft wel zijn eigen keuzes te maken. Je bent gewoon jaloers op hem. En jij lijkt op jouw moeder!
A: En bevalt je dat goed? Dat sociaal wenselijke gedrag? Daarmee ben je denk ik precies gekomen waar je wilt toch?
H: Dat was mijn andere probleem….
M: Nou, voor deze keer kunnen we die ook wel meepakken.
A: Als je diep van binnen kijkt, doe je dan de dingen die je wilt? Het lijkt erop van niet….maar het is wel sociaal wenselijk. Ik zou het maar niet veranderen. Je wilt toch niet dat je echt de dingen gaat doen die voor jou belangrijk zijn toch? Daar ben je veel te braaf voor…
H: Ik heb altijd al gedroomd van iets met horeca, bakken en koken vind ik heerlijk.
M: Ja, dromen….tja. Je weet zelf ook wel waarom dat dromen heten toch? Komen nooit uit!
H: Ik heb verschillende restaurants doorgerekend en er plannen voor gemaakt, samen met mijn man….
M: Ja precies, lekker veilig doorrekenen, plannen maken, maar niets doen. Lijkt me ook beter, dat wordt natuurlijk helemaal niets! Blijf gewoon lekker veilig hier werken.
H: [opstandig] Ik heb weer een jaarcontract, daar baal ik ook van! Ook merk ik dat mijn energie hier minder wordt.
M: Maar wel lekker veilig! In ieder geval geen dromen najagen, maar met beide benen braaf op de grond.
A: [tegen Martijn] ik zie het Herma ook niet doen, dat is veel te spannend, ze weet helemaal niets van horeca en heeft geen idee!
M: [tegen Arno] Eens! Dit is veel beter voor haar. Én sociaal wenselijk. Dat wil ze eigenlijk wel het liefst….

H: [lacht] Jullie zitten me uit te dagen.
A: Serieus Herma, ik heb het gevoel dat je geen lucht krijgt. Je doet niet waar je hart sneller van gaat kloppen. Je hebt geleerd om serieus en braaf te doen, maar je onderdrukt een passie! Eigenlijk ben je veel mooier en creatiever dan je laat zien. Je bent veel meer jouw blouse!
H: [fleurt zichtbaar op en gaat mee in Arno zijn verhaal] Ja! Dat is wel zo. Ik maak al heel lang mooie petit fours met heel gedetailleerde versieringen erop.
M: Maar ik denk niet dat je het gaat doen! Lijkt me ook beter….
H: [met energie]Ik heb het al een tijd met mijn man over het serieus oppakken. Ik woon in Amsterdam en ken de cateraars van de Stopera en Concertgebouw goed. Ik heb een professionele keuken waar ik de petit fours klaarmaak, die zou ik willen aanbieden tijdens voorstellingen en concerten en dan thematisch. Dus voor klassieke concerten, opera’s, theatervoorstellingen et cetera. Ik weet precies hoe ik ze wil maken en welke thema’s goed zouden passen. Dit zou ook heel goed naar sommige bioscopen kunnen….. En dat kan eerst prima naast mijn huidige baan.
M: [knipoog] Oh jee, je bent enthousiast. Je overweegt het niet echt hoop ik toch? Dit is een heel slecht idee namelijk! Dit mag vast niet van jouw moeder!!
H: [bevrijdende lach] Ik ga het gewoon doen! Ik heb het plan al helemaal klaar!

Moordplan

Esmee komt de coachsalon binnen, rond de vijftig. Ze ziet er fleurig en vrolijk uit. We zijn bij een landelijke zorgverlener in het midden van het land.

M: Hi Esmee, welkom. Wat zie je er gezellig uit! Als ik jou zo zie, kan ik me niet voorstellen dat jij een probleem hebt.
E: [gaat lachend zitten] Nou ik heb er inderdaad niet één maar twee!
M: Dan doen we het grootste probleem!
E: Dat kan niet, ze zijn beide even groot
M: Huh? Dat is gek, precies even groot?
E: [lacht] Nee, de ene is net wat langer dan de ander…
A: Dat is cryptisch zeg! Nu zijn ze ineens langer….gaat het om jouw kinderen soms?
E: Ja! Of nou, nee!
M: Huh? Dat is gek. Ja of nee….
E: Nou ja het gaat over mijn stiefzoons. Twee slungels van 17 en 15. Maar wat een gedoe zeg! Pfff… Ik zou ze het liefst..
A: [onderbreekt] Afschieten? Laten verdwijnen? Afvoeren?!
E: Nou het klinkt onaardig, maar wel zoiets ja!
M: Ooohhh, wat ben jij een gemeen mens zeg! Zo’n stiefmoeder. Heb je ook ergens een hele grote pukkel bij je neus?
E: [lacht heel hard] Nou echt, soms zijn het zulke enorme varkens en zo lui!? En kiezen natuurlijk altijd voor hun vader…
M: Terecht toch?! A. Het zijn mannen. B. Het is hún echte vader C. Jij bent de gemene stiefmoeder, de heks, de indringer…. Dus logisch.
A: Maar, ik vind wel dat Esmee gelijk heeft eigenlijk. Hoe kunnen we deze smerige varkens opruimen? Dan komt Esmee tenminste weer aan de liefde toe. Dus….
E: [lacht heel hard] Nou, het zijn echt beesten!
A: Heb jij een grote auto eigenlijk?
E: [verbaasd] euhh best wel?
A: Heb je een beetje goed contact met de apotheek?
E: ……….
A: Nou, we doen het volgende. Als ze in hun stinkende nest liggen te rotten vannacht, spuit je ze gewoon plat met een paardenmiddel, zo’n mega slaapmiddel, vervolgens flikker je ze in de auto, in een zak met stenen, naar het kanaal en hoppetee! Plons…..
M: Dat is te simpel en pijnloos. Ik vind wel dat ze echt moeten weten dat Esmee de stiefmoeder de baas is. Dus we knippen hun vingers eraf, hun tenen en ook hun…..naja die dus..en dan…
E: [zit met hand voor de mond]. Stop maar. Dit kan echt niet…
A: Jawel, jawel…..zulke zwijnen verdienen het niet om….
E: [onderbreekt] Jullie zullen wel denken, wat is dat voor een verschrikkelijk mens.
M: Ja, maar wij zijn voor jou! Hup stiefmoeder!
E: [realiseert zich, hand voor ogen]. Oh mannen, ze zijn ook echt wel lief, doen echt hun best en hebben natuurlijk verdriet om hun overleden moeder…
A: Dit zijn beesten! Die moeten geruimd!
E: [ontspant, schouders zakken] Nee, echt. Ik zie ineens hoe het ook voor hun moet zijn, het zijn echt wel lieverds…ik schaam me en tegelijk was het ook even heerlijk dit moordplan te bedenken. Maar voor geen goud zou ik ze willen missen….

E: Mijn perspectief is echt veranderd, ik zat me zo aan ze te ergeren, ik zag echt alleen nog die…..[ze wordt even stil]…,maar niet meer de lieverds. Ik heb zin om ze echt te verwennen en iets leuks met ze te doen.

E: Dank mannen, ik was er echt even vanaf. Maar ja…..die jongens. Ach, die jongens…

Enigszins verbaasd verlaat Esmee de coachsalon, ze heeft een contract getekend, met een concreet plan om met haar lieverds te gaan doen. Mooi toch.

Kop of munt?

Aline komt de coachsalon binnen en ziet er keurig uit: nette broek, mooie blouse. Casual, maar wel keurig.


Martijn: Heb je een cijfer in je hoofd?
Aline: Uhh, oké. Waarvoor eigenlijk?
Martijn: Voor hoe je het leven nu zou beoordelen
Aline: Oh zo….een 8
M: Zo, dat is hoog…maar toch zit je hier!
A: Ja, ik heb een dilemma.
Arno: Ja, snap ik!
A: Huh, hoezo?
Arno: Nou als je een écht probleem had, gaf je je leven een lager cijfer. Bij een dilemma gaat het meer over achter de komma. Dus eigenlijk meer een dingetje..
A: [glimlacht verbaasd]
M: Vertel!
A: Mijn oudste zoon is negen jaar en gaat volgend schooljaar naar groep zeven. Mijn dilemma is of hij wel op deze school moet blijven.
M: Vertel!
A: Drie jaar gelden is hij naar zijn huidige school gegaan. Als ie nu weer naar een andere school gaat is dat al zijn derde school.
M: Vertel!!!
A [lacht beetje ongemakkelijk] Nou op zijn eerste school had hij te weinig uitdaging. Nu heeft ie wel meer aandacht, maar wordt hij gepest…ik denk dat ie op de school waar we nu naar kijken het beter zal gaan. Maar ja, zeker weet je het niet en dan moet ie toch ook weer opnieuw aarden…
M: Wat vindt je zoon?
A: We hebben het pas net voorgelegd aan hem. Hij had nog geen duidelijke voorkeur
Arno (tegen Martijn): Hij lijkt op zijn moeder
Martijn: Oh, maar daar hoe je niet lang over te twijfelen hoor.
A: Niet?
M: Nee, er is een hele eenvoudige oplossing!
A: Echt?
M: Ja…muntje gooien
A [eerst verbaast en draait daarna haar ogen even weg] Ja, was het maar zo simpel…
Arno: Is het dat dan niet?
A: Nou…
Martijn: Aline, je kent jezelf en blijft toch eeuwig twijfelen, want zo ben je nu eenmaal. Door een muntje te gooien schiet het tenminste een beetje op! Wat vind je partner er eigenlijk van?
A: Hoho, ik twijfel omdat ik het beste voor hem wil!
Martijn: Dat vind ik zo mooi aan jou, jouw moederlijke bezorgdheid. En wat is dan het beste voor hem?
A: Hem een onbezorgde tijd geven.
Arno: Dat klinkt niet realistisch.
M: Precies ja, dan moet je hem van school halen en lekker onder moeders vleugels houden! Dat zou heel goed voor hem zijn. Want op school loopt hij een enorm risico om beschadigd te raken.
Arno: Mag jij erbij blijven op die andere school? Als moeder. Is wel fijn, kun je hem de hele dag beschermen.
A: Erbij blijven? Nee, natuurlijk niet…
M: Dan ook niet doen! Die andere school is veel te link. Je hebt dan nooit volledige controle! Je weet nu dat hij alleen gepest wordt. Die andere school wordt vast veel erger.
A: Dat wil ik ook niet! Ik wil er niet bij blijven!
Arno: Volgens mij wel.
M: Gaat je zoon nog een keer kijken op die andere school?
A: Ja, toevallig wel. Volgende week.
M: En als hij dan naar die school wil gaan?
A: Dan…
Arno: Dan ga je natuurlijk alles eerst weer eindeloos afwegen.
A: Ja, ik moet toch weten of het een goede school is.
Arno: Heb je bij die vorige school ook gedaan toch?
A: Ja….
Martijn: Mooie afweging was dat! Je zoon heeft nu nog meer problemen toch? Dus dat heeft echt goed geholpen Aline!
A [laat haar hoofd met grote lach vallen, er is overgave]. Ik snap het mannen, dank voor dit heldere inzicht
Martijn: kop of munt?
A: laat maar, helemaal duidelijk, mijn zoon mag volgende week zelf kiezen!

Tegen beter weten in.

We zijn in Utrecht bij een grote organisatie als een goed verzorgde vrouw van begin dertig de coachsalon binnen stapt. Enigszins weifelend neemt ze plaats.

A: Irene toch?
I: Ja klopt.
A: Wat is het probleem?
I: Ik twijfel over mijn relatie.
A: Dat is toch prachtig! Je bent gewoon een kritische zelfbewuste vrouw die af en toe de balans opmaakt. Daar blijf je heel fit bij. En twijfelen doen we allemaal wel eens. Dus ik zie het probleem niet.
I: Nou, het is echt niet goed!
A: Dat is duidelijk. Dan moet je er mee stoppen. Je bent er al uit en durft het alleen niet te beëindigen, toch?
I: We zijn al zeven en half jaar samen, hebben een huis en het is echt wel fijn.
A: Tja, in dat geval zou ik het niet stoppen. Huisje boompje beestje, bijna acht jaar, tja dat geef je natuurlijk niet zomaar op. Wel begint de sleur vanaf dat moment en heb je nog ruim vijftig jaar voor je. Maar ik zou dit niet opgeven…
I: We hebben natuurlijk wel van alles opgebouwd.

M: Precies. Doorgaan.
I: Maar het is al twee jaar niet meer echt leuk.
M: Nou, ik zou doorzetten. Je kent de cyclus van zeven jaar toch? Zeven goede en zeven slechte jaren. Dus nog zesenhalf jaar en dan is het weer goed.
I: [schiet in de lach] nou, als dit nog langer duurt ga ik ermee stoppen.
M: Niet doen. Zijn je ouders nog bij elkaar?
I: Ja?
M: Hebben zij het altijd makkelijk gehad?
I: Nee, dat denk ik niet
M: Dus, wat leer je daarvan?
I: Pfff, ja, nou, ja…dat is heel hard werken
M: Het gaat niet vanzelf Assepoester! Jij wilt gewoon een prinsesje zijn, alles moet roze, lief en mooi. Maar soms is het even niet roze en moet je werken aan je relatie!

I: [Emotioneel] Ik heb echt alles gedaan en geprobeerd. En hij is ook echt lief, maar het duurt te lang. Al bijna twee jaar gesprekken, ruzies en relatietherapie. Ook soms wel fijn, maar ik loop leeg en hou het niet meer vol….[tranen]
M: Kom op Irene, nog even volhou…
I: [onderbreekt Martijn emotioneel] Nee! Ik wil niet meer! Ik doe dit al een hele tijd tegen beter weten in. Het komt gewoon niet meer goed.
A: Heb je een ander ontmoet?
I: [schrikt en lacht]. Huh, ja, eerlijk gezegd wel [giechelt nerveus]
A: Betrapt! Ooh wat ben jij een boef. Hier een beetje de verdrietige vrouw uit hangen en ondertussen….Weet jouw partner dat?
I: Ja, ik was even verliefd, er is niets gebeurd maar ik heb het wel eerlijk vertelt……[lange stilte]………… En ik voel nu duidelijk dat het met Erwin niet meer goed komt. Al ruim een jaar weet ik eigenlijk al dat het zo is. Relatietherapie brengt ons niet dichter samen. Er is gewoon een stuk dat er niet meer is en ook niet meer komt. Het is duidelijk!
M: Ja Irene, kom op zeg! Je gaat het toch niet zomaar opgeven
I: Zomaar?! Ik heb alles gedaan, gesprekken, therapie, aanpassen en hij is echt lief! Maar dit wil ik niet meer. Ik ga stoppen…
A: Dus hij is bijna jouw ex…exit Erwin. Geen Brexit maar Erwexit.

I:[lacht, breekt en tranen]………..
Martijn geeft haar een tissue en na enige tijd komt ze op adem.
I: Wauw mannen, dit is wel heftig. En dit gaat wel snel, maar het is voor mij echt duidelijk nu. Jeetje. Er valt echt heel veel van mijn schouders. [Irene gaat helemaal rechtop zitten en kijkt zelfbewust en bevrijd] Het is goed….

Harteloze moeder viert Coronafeest

Bianca komt vastberaden in de stoel zitten en ziet er opgeruimd uit. Ze beschrijft een goed leven in Coronatijd. Ze heeft een goede relatie, een hechte band met de kinderen, haar werk loopt alles op rolletjes en toch heeft ze een probleem. 

A: Fijn dat je er bent Bianca. Wat is jouw probleem?
B: (denkt even na over de formulering en zegt dan) Je zou kunnen zeggen jong volwassen kinderen die niets kunnen vanwege Corona.
A: Herhaalt letterlijk. “Je zou kunnen zeggen jong volwassen kinderen die niets kunnen vanwege Corona” Dat is wel lekker duidelijk Bianca. Wat bedoel je in godsnaam?!
B: Mijn kinderen! Twee ervan zijn eigenlijk al het huis uit, maar zijn nu weer thuis en ze hangen de hele tijd!
A: Hangen ze? Aan het plafond ofzo?
B: [lacht] Nee, ik bedoel dat ze niks doen.
A: Wees dan ook duidelijk. Jouw probleem is dus dat jouw kinderen niks doen?! Hoezo is dat een probleem?
B: Het raakt MIJ. Ze kunnen zo weinig.
A: Oke, en hoe ervaar je jouw EIGEN situatie in Coronatijd?
B: Best goed eigenlijk.
A: Dus met jou gaat het goed en met hen gaat het slecht. Wat is dan jouw probleem? Vinden je kinderen dat ook?
B: Zij geven hun leven nu een lager cijfer, dat zeggen ze tegen mij.
A: Nog steeds hun probleem toch?
B: Ik word er verdrietig van….
A: Dus het probleem is dat je verdrietig wordt door jouw kinderen
B: Ja!
A: Wat een rotkids. Jij voelt je eigenlijk prima, maar zij maken jou verdrietig. Ik zou ze snel het huis weer uitzetten.
B: Dat denk ik ook wel eens eerlijk gezegd….[geschrokken]. Nee, zo bedoel ik het niet, maar….
A: Jawel, JIJ hebt gewoon last van jouw kinderen doordat ze zich niet prettig voelen. Toch?
B: [schoorvoetend]. Ja, dat is eigenlijk wel zo.
M: Ooooh, wat ben jij een slechte moeder zeg! Harteloos. Die arme kinderen.
B: Ja, dat voelt dus slecht.
M: Terecht, je bent ook een harteloze moeder! Je eigen kinderen nog wel!
A tegen M: Ik had dit niet van Bianca verwacht, jij? Zo gemeen tegen die arme kinderen. Die voelen zich denk ik helemaal niet meer fijn thuis. Zou ze de kinderen iets aandoen? Nee toch? Misschien toch het meldpunt Huiselijk geweld ff tippen. Je weet maar nooit….
B: [schiet vol in de lach]. Het is me duidelijk mannen! Zo erg is het niet. Ik realiseer me dat het niet mijn probleem is. Maar ik voel me er toch verdrietig over. 
A:  Mooi! Wat zou je eraan willen doen?
B:  Een poging doen om het zo aangenaam mogelijk te maken.
M: Logisch, daar zijn moeders voor om dingen beter te maken voor kinderen. Maar wat zou je aan je EIGEN gevoel willen doen?
B: Uh, zeggen dat ik me niet fijn voel…
M: Goed zo, hoe zouden ze reageren?
B:  [lacht] Zo grappig, gisteren zei mijn dochter nog:  “Gelukkig maar dat je je slecht voelt!”.
M: Precies, anders zou je écht een harteloze moeder zijn.
B:  [lacht wat harder] Ja, als je het zo zegt…dat is eigenlijk wel zo. Ik baal er gewoon van dat zij er last van hebben en ik een betere tijd heb gehad in dezelfde periode in mijn jeugd.
A: Pech voor hun dus. Maar even terug: wat ga JIJ eraan doen”
B: Loslaten, denk ik.
M: Hoe dan?
B: Meer luisteren naar ze en niet in mezelf gaan zitten.
A: Een soort Coronaspreekuur houden zeg maar! Kom snel even zitten, want mama voelt zich niet zo goed.
B: [Schiet weer in de lach]
M: Ook bijzonder eigenlijk: je voert nu gesprekken met je kinderen die je anders nooit zou voeren!
B: [Enthousiast] Ja klopt, ze zijn veel meer thuis. We spreken meer met elkaar. Het is veel gezelliger en we hebben mooie gesprekken.
M: En als Corona straks weg is, zijn zij ook weg en heb je het weer lastig dat ze weg zijn. Zaten ze maar weer op de bank, denk je dan.
B: [lacht hard] Ja, dat is waar! Wat ben ik toch aan het mutsen.
A: Eigenlijk moet je het dus vieren! Muziek aan, fles wijn open en gaan! Vieren die Coronatijd!!
B: Ja, dat ga ik doen! Morgenavond zijn we weer samen, ik ga dan gewoon zeggen dat ik het fijn vind dat ze er zijn. Ik ga er een feestje van maken. Ik heb er nu al zin in!