We zijn bij een revalidatiecentrum in het midden van Nederland. Lies komt binnen, een kordate dame die we eind vijftig schatten. Ze is vandaag de eerste van twintig cliënten.
A: Goedemorgen Lies! Goed dat je er bent! Je bent de eerste vandaag. Je ziet er vrolijk uit!
L: [opgewekt] Dank je!
A: Jeetje, ik zie dat drie telefoons bij je hebt, dan moet je wel heel belangrijk zijn. Je bent vast moeder; Je hebt zeker een dochter toch? Dus één privételefoon, 1 voor je werk en nog 1 voor je minnaar.
L: [lacht hard] Nee, een minnaar heb ik niet; Wel twee dochters. Die vinden trouwens dat ik status heb met zoveel telefoons. Ik heb inderdaad een privételefoon, één voor mijn eigen bedrijf en eentje van de revalidatiekliniek.
A: bereikbaarheid kan niet het probleem zijn…wat is het wel?
L: Ik heb mijn huiswerk gedaan…
A: Ah, hier zit een vrouw die alles goed en zorgvuldig voorbereid. Lekker overzichtelijk. Zijn wij er vast snel uit.
L: [harde lach] Meestal ben ik nogal chaotisch, maar nu heb ik goed nagedacht!
A: Wat is het probleem?
L: Ik heb een dikke mentale knoop.
A: Dat lijkt me niet fijn, sommige mensen hebben een klein mentaal kriebeltje, maar jij dus een DIKKE MENTALE KNOOP! Waar zit die eigenlijk?
L: Nou, het heeft wel met de telefoons en computers te maken…
M: Aha, je kunt het allemaal niet meer volgen. Het gaat ook zo snel die technologie van tegenwoordig, vroeger kon je gewoon…
L: [lacht] Ja, jullie zullen me wel een oude tut vinden, maar dat is het wel. Vroeger kon ik gewoon mijn werk doen, was er vertrouwen en hoefde ik het allemaal niet vast te leggen. Nu moet ik zelfs tijdschrijven…
A: Vroeger was alles beter,; de wereld gaat er langzaam aan kapot; systemen nemen de wereld over. Maar wat is nu precies die mentale knoop?
L: [emotioneel ] Mijn probleem is dat ik naast mijn werk allerlei verslaglegging moet doet waar ik het nut totaal niet van in zie. Ik vul maar wat in, het kost mij zo ongelooflijk veel moeite.
A: Zinloos geweld!
L: [verdrietig] Ik kan nu wel huilen…[stilte]…ik heb ruimte en vertrouwen nodig. En nu word ik als een klein kind gecontroleerd…[stilte] …waar ik bang voor ben is dat mijn hele vak eruit gaat…[tranen staan in haar ogen]
M: [vrolijk] Dat is wel lekker, want dan ben jij er eindelijk van af!
L: [lacht hartelijk door tranen heen] Dat wel…
M: Ben je toe aan pensioen?
L: [verrast] Dat is wel een mooie vraag, ik denk…
M: [onderbreekt] Jij hebt al zoveel voor mensen gedaan in de afgelopen jaren, toch?
L: [kijkt voldaan] Ja, dat klopt. Ik werk al zesendertig jaar. En al heel lang als therapeut in deze revalidatiekliniek.
M: Dus bij de volgende lintjesregen…
L: [lacht hard] Daar gaat het mij niet om, maar…
M: Maar??
L: Nou, die waardering…het persoonlijk contact…dat is er niet altijd.
A: Bij deze! We zijn je zeer dankbaar voor al die mensen die jij hebt geholpen, JIJ doet fantastisch werk. Je hebt genoeg gedaan. Het lintje is voor jou!
L: En ik moet nog zeven en een half jaar.
M: Van wie?
L: Van mijn portemonnee.
M: Hoe belangrijk is die?
L: Die verschaft vrijheid, zo zit de wereld in elkaar. Nu heb ik weer een fijne partner, maar ik ben tien jaar alleenstaande moeder geweest…dan heb je het bepaald niet ruim.
M: [kijkt Lies indringend aan] Lieve Lies, daar krijg jij ook een lintje voor. Die heb je verdiend.
L: [beduusd] Ik ga zo weer huilen.
A: [vrolijk] Wacht maar tot je jouw lintje echt krijgt, dan gaan wij ook huilen!
Lies lacht hard en heeft tranen in haar ogen. We laten een korte stilte vallen.
M: Hoeveel dagen werk heb jij nog in je?
L: Wat stellen jullie mooie vragen, dit is ook echt een goede vraag. Ik denk er over om een dag minder te gaan werken…de vrijdag…maar ik verbind mij met de systemen waaraan ik ben gekoppeld, dus zomaar stoppen kan niet. Niet morgen.
A: Wanneer kan het wel Lies!? Waarom en wanneer het allemaal NIET kan, dat is duidelijk. Dat jij het WEL wil is ook duidelijk. Dus…
L: Vanaf maart volgend jaar, die tijd heb ik nodig om het te regelen.
M: Mooi! Maart 2024, wanneer ga het vertellen?
L: Aan wie?
M: Aan iedereen! Je nieuwe partner, jouw leidinggevende en cliënten
L: Uh, nou…dat gaat wel wat snel…
A: Precies, net zo snel als alle nieuwe digitale middelen; je bent niet meer de jongste.
M: Dus ouwe therapeut, met je dikke mentale knoop, wanneer ga jij het vertellen?
L: [lacht hard] Ouwe therapeut! Mooi zijn jullie…[zucht, opgelucht]… maar jullie hebben wel een punt. Ik ga het volgende week vertellen…en die dikke mentale knoop is ontward. Dank mannen!